De IB’ers van de Johannesschool en de Ouder- en kindadviseur over hun dagelijkse werk

Samenwerken in de praktijk: “De lijntjes zijn hier kort”

Gebouw De Kikker waarin onder meer de Johannesschool en obs De Globe zijn gevestigd (foto: BEN in de Buurt)

Stel, je hebt een kleuter in de klas die het lastig vindt zich aan te passen aan de schoolpraktijk. Eerst proberen de leerkracht en de IB’er samen te bedenken wat het kind nodig zou kunnen hebben. Al snel betrekken ze daar ook de ouders bij. Ouders staan altijd centraal en hebben altijd het laatste woord als ‘iets aan de hand is’ met een kind. Als de school denkt dat dit verstandig is, kan de school een gesprek aanraden met de Ouder- en kindadviseur (OKA’er), die de ouders verder kan helpen, of kan doorverwijzen, als de school het niet meer alleen kan oplossen. 

“Niet alle ouders willen dat”, vertellen Linda Petua-Koops en Brenda Timmers, de IB’ers van de Johannesschool, en OKA’er Ellen Vink die haar basis heeft in hetzelfde gebouw (de Kikker aan het Evertsweertplantsoen in Osdorp) als waarin de school gevestigd is. “Sommige ouders zijn bang voor de consequenties, of schamen zich dat ze hulp nodig hebben. Niet in alle culturen is het normaal om met vreemden te praten over hoe het thuis gaat. Onder Bulgaarse ouders ging bovendien bijvoorbeeld een tijdje het verhaal rond dat als je je kind geen bruin brood mee naar school gaf, het dan uit huis kon worden geplaatst. Het is dan zaak allereerst het vertrouwen te wekken, en in gesprek te blijven.”   

Sleutel tot succes 

Het voordeel van de situatie op de Johannesschool is dat de OKA’er altijd in de buurt is. Andersom is het voordeel dat de OKA’er makkelijk even met een leerkracht overlegt over een kind. Zij is ook zichtbaar voor ouders en kinderen doordat zij ’s ochtends regelmatig bij de deur staat als de kinderen naar school worden gebracht. De lijntjes zijn dus kort en volgens de ervaringen op de Johannesschool is dat de sleutel tot succes: “Het geldt eigenlijk voor alle partners waarmee we samenwerken, zoals met Viertaal of het samenwerkingsverband. We weten elkaar te vinden. Daar hebben we geen procedures of formulieren voor nodig. Voor ons is dát de kern van effectief samenwerken: we weten elkaar goed te vinden als het nodig is.”  

Coronapeuters 

De laatste tijd merken ze op school dat er steeds vaker sprake is van extreem gedrag bij instromende kleuters. Overal in het land klinken dezelfde geluiden: het zou gaan om zogenaamde ‘coronapeuters’, jonge kinderen die een taal- én/of sociale ontwikkelingsstand hebben opgelopen tijdens de lockdowns die golden tijdens de coronapandemie van 2020 tot 2022. Hoe groot deze groep is, en hoe groot de problemen zijn, daar is nog onvoldoende zicht op (leert ook navraag bij het Nederlands Jeugdinstituut, dat de onderzoeken naar de gevolgen van de coronatijd bundelde op haar website: https://www.nji.nl/coronavirus/onderzoek-gevolgen-coronatijd). 

Het voordeel van werken in de Kikker is dat alle partners die actief zijn in het gebouw, waaronder ook de collega-school obs de Globe en de voorschool, snel even bij elkaar kunnen komen voor overleg. “We lopen allemaal tegen hetzelfde aan”, zeggen ze bij de Johannesschool. “Het is dan fijn om te kunnen delen waar je tegenaan loopt en ervaringen uit te wisselen.”  

 Bij de Johannesschool gaat het in een gemiddeld schooljaar om vijf à tien procent van de kinderen waarvoor hulp van de OKA’er wordt ingeroepen. Daarnaast meldden ouders zich ook zelf aan bij de OKA’er. Met de rest van de kinderen gaat het op school doorgaans gewoon goed. De school voelt zich voldoende ondersteund als er hulp nodig is en heeft momenteel ook geen last van personeelstekort. “Wij zijn misschien wel een ‘BEN in de Buurt’ in het klein. We werken met alle partners in de wijk goed samen en we weten elkaar te vinden. Als je dat als school samen met de buurt voor elkaar hebt, heb je de basis op orde.” 

Linda, Brenda en Ellen
v.l.n.r.: Ellen Vink, Linda Petua-Koops en Brenda Timmers (foto: BEN in de Buurt)

Linda Petua-Koops werkt al bijna 35 jaar op de Johannesschool, eerst als leerkracht, sinds 2008 als intern begeleider. Ze heeft wel eens met de gedachte gespeeld in Haarlem te gaan werken, waar ze woont, maar ze vreest dat ze zich daar zou gaan vervelen. “Je kunt hier echt een verschil maken voor kinderen. Ik ervaar mijn werk daardoor als zeer betekenisvol.” 

Brenda Timmers werkt sinds 2021 op de Johannesschool als intern begeleider. Ze werkte eerst als leerkracht in Amsterdam-Zuid. Nadat ze de opleiding voor intern begeleider volgde, kon ze aan de slag in Osdorp. De fijne kneepjes van het vak leert ze nu van haar zeer ervaren collega. 

Ellen Vink is als Ouder- en kindadviseur (OKA) namens het Ouder- en kindteam (OKT) Amsterdam sinds 2015 actief in de wijk en heeft haar vaste werkplek in het gebouw waar ook de Johannesschool is gevestigd. Het is haar taak om kinderen van 0 tot 18 jaar zo goed mogelijk bij te staan in hun ontwikkeling, op het moment dat deze wat extra hulp nodig hebben. Ze helpt ouders bij het formuleren van de juiste hulpvraag en gaat dan samen met hen op zoek naar de beste oplossing voor hun kind. 

Deel deze pagina: