Onderdeel van het plan van aanpak voor BEN in de Buurt is de samenwerking tussen twee tot vier scholen op buurtniveau. Om ervoor te zorgen dat ‘geen kind meer de buurt uit’ hoeft, wanneer het extra ondersteuning nodig heeft in zijn of haar ontwikkeling, werken scholen bestuursoverstijgend samen aan een dekkend aanbod per gebied. Om dit voor elkaar te krijgen, zoeken ze elkaar op, gaan ze elkaar helpen, expertise delen en ervaringen uitwisselen, om uiteindelijk zelf de flexibele expertisepool te beheren waar iedereen zo naar uitkijkt. Het is de bedoeling dat deze wordt gevuld met expertise vanuit de ambulante diensten van o.a. SPO West en Viertaal/Kentalis (op het gebied van taalonderwijs), en vanuit het gespecialiseerd onderwijs. Het S(B)O komt naar het kind, op zijn/haar eigen buurtschool, in plaats van dat we het kind verwijzen naar het S(B)O.
De eerste stappen in de samenwerking op buurtniveau worden momenteel gezet. In Osdorp zijn daarvoor drie combinaties van scholen gemaakt, in Bos en Lommer twee. El Amien 1 (SNIS), IKC Het Talent (AMOS) en de Lukasschool (AKSO) zijn in Osdorp de eerste drie scholen die de koppen bij elkaar steken om te verkennen waar ze elkaar kunnen vinden, op welke terreinen ze kunnen samenwerken. Waarom hebben we bijvoorbeeld allemaal een eigen leerplichtambtenaar, is een van de eerste vragen die opkomt. Waarom delen we dezelfde leerplichtambtenaar niet met elkaar?
‘Geen kind meer de buurt uit’ is een visie waar iedereen achter kan staan. Uiteindelijk willen we kinderen nog zo weinig mogelijk verwijzen naar het S(B)O. Daarvoor is het nodig om te komen tot een dekkend aanbod per buurt en/of gebied. Vragen die we de komende tijd gaan beantwoorden: wat kunnen en doen we al (zoals omschreven in de diverse Schoolondersteuningsprofielen, oftewel SOP’s); wat hebben we nog nodig, gedacht vanuit de ondersteuningsvraag die kinderen en ouders hebben; hoe kunnen we daar de flexibele expertisepool voor inzetten die beschikbaar komt; en hoe begeleiden en helpen we ouders bij het bieden van de juiste ondersteuning voor hun kind? In ieder geval streven we ernaar om in iedere buurt, in een samenwerking van buurtscholen, OKT en Buurtteams, ook een ouderservicepunt in te richten.
Onderwerpen waarop El Amien 1, IKC Het Talent en de Lukasschool graag willen samenwerken zijn gedrag (en daarmee samenhangend: opvoeden) en taal. De drie scholen zouden bijvoorbeeld gezamenlijk expertise kunnen inkopen of trainingen kunnen aanbieden op deze onderwerpen. Belangrijk voor de scholen is dat er zo weinig mogelijk bureaucratie nodig is om de juiste expertise op de juiste plek te krijgen. Scholen zouden makkelijker de mogelijkheid moeten krijgen te doen wat nodig is, om met elkaar in de buurt snel de juiste acties in te kunnen zetten. Door bestuursoverstijgend samen te werken, kan de benodigde ondersteuning slimmer worden georganiseerd, en daardoor sneller ter plekke zijn.
Intern begeleiders zijn de aangewezen functionarissen binnen de scholen om op praktisch niveau met elkaar samen te werken. Er is ook behoefte aan regelmatig IB-overleg op buurt- of gebiedsniveau. Zo’n overleg moet wel van toegevoegde waarde zijn, het moet iets opleveren. IB’ers zouden met elkaar beslissingen moeten kunnen nemen over een concrete aanpak voor een (groep) leerling(en). Zij zouden bijvoorbeeld moeten kunnen beschikken over de expertise die nu bij Viertaal/Kentalis en andere ambulante diensten zit. Het zou mooi zijn als zij daar rechtstreeks en snel mee kunnen schakelen: ‘We hebben nu dit en dit nodig, wanneer kunnen jullie komen?’
In Bos en Lommer wordt een van de combinaties gevormd door IKC De Boomgaard, El Amien 2, de Multatulischool en de Bos en Lommerschool. Spannend in de samenwerking is dat de scholen ieder hun eigen profiel hebben: de Boomgaard is een katholieke school ‘zonder weging’ (beleidstaal voor een school met kinderen van vooral hoogopgeleide ouders); El Amien 2 is een nog steeds groeiende islamitische basisschool; en de Multatulischool en Bos en Lommerschool zijn openbare basisscholen – die overigens wel een directeur delen: Mirjam Jansen. Als het nodig is weten de scholen elkaar al goed te vinden. Maar leerlingen uitwisselen ligt minder voor de hand.
In principe plaatsen de scholen alle leerlingen die zich aanmelden. En mocht een leerling willen overstappen van een andere school uit de buurt dan is er altijd contact over het dossier.
Een dringend thema waarmee alle scholen in Bos en Lommer te maken hebben is de groeiende groep kinderen die op hun vierde jaar nog niet zonder begeleiding naar school kunnen. Hierin zouden de vier scholen kunnen samenwerken, bijvoorbeeld door een gedeelde startklas in te richten of andere vormen van toegevoegde zorg met elkaar te delen.
Waar scholen echt iets aan hebben, is wanneer expertise kan worden toegevoegd aan het team, in de vorm van deskundige, al dan niet tijdelijke, extra handen in de klas, of buddy’s die individuele kinderen begeleiden tot ze zelfstandig in een groep kunnen functioneren. Ook de expertise van Kentalis en VierTaal op het gebied van taal, is op de scholen meer dan welkom.
Belangrijk is dat de expertise vanuit het gespecialiseerd onderwijs eenvoudig en snel beschikbaar kan zijn. Dan kan een school bijvoorbeeld gebruik maken van een ZML-specialist vanuit het S(B)O die een tijdje voor de school beschikbaar wordt gemaakt, zonder al te veel bureaucratie, en vooral ook zonder dat er meteen een TLV-traject moet worden doorlopen. Zo komen er allerlei specialisten beschikbaar voor het gebied, op basis van wat er nodig is op de scholen. En wát er nodig is, dat weten de scholen het beste zelf. Zij gaan de expertisepool beheren en in overleg met elkaar de expertise inzetten waar het het hardste nodig is.
De scholen krijgen dus de regie. Op die manier kan het gaan werken. En kan het gaan lukken dat ieder kind met een passend aanbod in de buurt naar school kan.
Osdorp
Bos en Lommer