Het is altijd treurig als een school moet sluiten. Voor de Catamaran Landlust in Bos en Lommer is het zover. Het leerlingaantal zat al enige jaren onder de opheffingsnorm. De overname door AMOS in 2018 van de oude Wildzangschool en de samenvoeging met De Catamaran heeft niet mogen baten. Door een imagoprobleem haalde een grote groep ouders hun kinderen van school. Als dan ook nog rondgaat in de buurt dat de school gaat sluiten, is er geen houden meer aan. “We zouden in augustus starten met 63 leerlingen”, vertelt directeur Arno Methorst. “Daar kun je een school financieel en kwalitatief niet meer mee in stand houden.”
Laten we het maar benoemen zoals het is: de school is mede het slachtoffer van de steeds verder voortschrijdende maatschappelijke segregatie waar ook het onderwijs mee te maken heeft. Ouders van ‘witte’ kinderen kiezen vooral voor ‘witte’ scholen, zoals IKC De Boomgaard in Bos en Lommer of voor scholen buiten de eigen buurt. Aan de andere kant maken de islamitische scholen, zoals El Amien 1 en 2 in Osdorp en Bos en Lommer, een groei door. De ironie wil dat in het gebouw van Catamaran Landlust De Zijderoute zich gaat vestigen – een school die divers had willen worden (zie het artikel over de Zijderoute op de website van BEN in de Buurt), maar zich nu richt op de ontwikkeling tot eerste islamistische Waldorfschool van Nederland – en dat in het huidige gebouw van de Zijderoute een nieuwe islamitische school komt.
“Vrijheid van onderwijs is een groot goed, maar ik geloof ook heel erg in het samenkomen van een diversiteit van mensen, culturen en religies in een school”, zegt Arno. “Gelukkig lukt het ons wel om een diverse school te blijven op de hoofdlocatie van de Catamaran in de Westerparkbuurt. We hebben daar kinderen van vijftien verschillende nationaliteiten. Het is een school met veel potentie.”
Hoe doe je dat eigenlijk, een school sluiten? Wat doe je bijvoorbeeld met de kinderen waarvoor je verantwoordelijk bent? “In samenspraak met de MR hebben we uitgesproken dat we de kinderen bij voorkeur naar één school wilden laten gaan. We kregen heel veel medewerking van Theo Hooghiemstra, de bestuurder van AWBR. Hij heeft zich duidelijk uitgesproken: alle kinderen moeten een plek kunnen krijgen op een AWBR-school. Uiteindelijk waren er drie scholen die in aanmerking kwamen: de Multatulischool, de Tijl Uilenspiegelschool en de Vindplaats. Ouders mochten zelf een keuze maken, waaraan we bijna volledig konden voldoen. Op twee à drie kinderen na die op een wachtlijst staan voor het s(b)o heeft iedereen na de zomervakantie een nieuwe school.”
Samenwerking met partners in de buurt, van jeugdprofessionals tot sport- en cultuurclubs en de bakker op de hoek, ziet hij als cruciaal om als school het verschil te kunnen maken voor kinderen. De beweging die de gezamenlijke schoolbesturen met BEN in de Buurt willen maken, steunt hij dan ook van harte. “We hebben geen keus, want alles slibt dicht, dus we zullen het met elkaar moeten doen. Ik denk dat we kinderen ook breder moeten gaan ontwikkelen, meer gericht op executieve vaardigheden en sociaal-emotionele kwaliteiten, zodat we kinderen weerbaarder maken en adaptiever. En ik ben een voorstander van stoppen met de toetscultuur. Stop ermee om de leerlingen als een ‘gemiddelde’ te zien. Geef de leerkracht weer meer vertrouwen en verantwoordelijkheid. Ik denk dat er dan een ander soort leerkracht op gaat staan, breder geïnteresseerd en ontwikkeld. Een leerkracht die aan haar collega vraagt: welk boek over ons vak heb jij als laatste gelezen?”
Intussen probeert Arno Methorst ook de laatste hobbels nog weg te nemen voordat de Landlust deel van de onderwijsgeschiedenis van Amsterdam zal zijn. “Nog niet alle collega’s hebben een nieuwe plek. Vooral voor het ondersteunend personeel is het lastig; de NPO-gelden raken inmiddels aan hun eind en overal staan de tijdelijke contracten van onderwijsondersteunend personeel onder druk. Maar voor de kinderen wordt het feest: ze krijgen een koffertje mee waar ze hun herinneringen in kunnen doen, we gaan met ze naar Artis en we houden in de laatste week een heus zomerfestival met springkussens en andere activiteiten. Het is belangrijk dat we het goed afsluiten met elkaar.”