Directeur Conny van Egmond van Basisschool Atlantis:

‘Kinderen kunnen niet wachten’

foto: Justine van der Velden

Basisschool Atlantis begon eind jarig zestig als de Visser ’t Hooftschool in de toen gloednieuwe Amsterdamse wijk Osdorp. Met het betreden van een nieuw gebouw kreeg de school acht jaar geleden een nieuwe naam: Atlantis. En onlangs besloot Atlantis het predicaat ‘Jenaplan’ los te laten. “Als school ontwikkelen we mee met de tijdgeest,” vertelt directeur Conny van Egmond. “Het concept ‘Jenaplan’ is niet meer leidend. Het was een natuurlijke ontwikkeling om met elkaar te besluiten een goede, reguliere basisschool te worden.”

‘Verbinding is het sleutelwoord’

Het gedachtengoed van het Jenaplanonderwijs blijft overigens nog een rol spelen op de school. Een belangrijke basiswaarde is dat onderwijs plaatsvindt in een gemeenschap, een ‘community’. De school is de wereld in het klein. Korte lijnen met ouders zijn belangrijk, vieringen vinden gezamenlijk plaats en er wordt regelmatig groepsdoorbroken gewerkt. “Verbinding is het sleutelwoord,” zegt Conny. “School is een plek waar mensen zich verbinden, en de school zelf is verbonden met de hele buurt.”

De maatschappij verhardt en er is meer polarisatie. Des te belangrijker is het dat school en ouders elkaar weten te vinden, en goed samenwerken in de ‘gouden driehoek’ school-ouder-kind. Ouders denken mee over het schoolbeleid en de school luistert naar de wensen van ouders voor hun kind en de school.

Atlantis-kinderen-02
foto: Justine van der Velden

Flexibele expertisepool

De grootste uitdaging voor een optimale ontwikkeling van de kinderen op de Atlantis is taal. Het pedagogisch klimaat heeft de school op de kaart gezet dankzij een effectieve inzet van de OOK Pedagogische Expertisegroep. Conny van Egmond: “Leerkrachten leren hiermee hoe ze duidelijke kaders kunnen stellen, zodat kinderen weten wat we van ze verwachten, en wat ze terug kunnen  verwachten van de leerkracht. Ieder jaar organiseren we een herhaaltraining, met name voor de nieuwe leerkrachten. Het werkt zo goed omdat ze het echt komen voordoen, via ‘co-teaching’ en ‘learning by example’.”

Op het gebied van taal zou de Atlantis dolgraag de beschikking willen hebben over een vaste logopedist voor een dag per week. En net als alle scholen heeft ook de Atlantis last van het personeelstekort. Waar zou de school mee geholpen zijn?

“Een flexibele expertisepool, met gedegen expertise vanuit het gespecialiseerd onderwijs die snel in actie kan komen, en waar ik makkelijk en zonder al te veel bureaucratie over kan beschikken, zou kunnen werken. Belangrijk is de snelheid, het ontbreken van wachttijden. Kinderen kunnen niet wachten.” 

De school als community

Conny denkt ook dat als je de school als community goed weet in te richten, met een goede zorgstructuur, je dan heel veel met elkaar kunt oplossen en opvangen. Daarnaast is het belangrijk te bedenken dat onderwijs altijd een groepsaangelegenheid is. “Sommige kinderen vragen zoveel aandacht van de leerkracht, of het ondersteunende team, dat het ten koste kan gaan van de groep. Het kan dan een betere oplossing zijn, ook voor het kind zelf, als het naar een S(B)O-school kan gaan. Ik denk dat we niet al te rigide met het begrip ‘inclusie’ moeten omgaan. Dat een kind onderdeel is van een groep op een SO-school, waar het tot dan toe een eenling was binnen het reguliere onderwijs, is ook een vorm van inclusie. Dat neemt niet weg dat ik hoop dat er in iedere buurt een SO-school of voorziening kan komen waar kinderen, al dan niet tijdelijk, terecht kunnen als zij dat nodig hebben.”

Deel deze pagina: